Babel

babel-boxIn het kielzog van het Kolonisten Kaartspel startte de Duitse uitgever Kosmos in de jaren ’90 een reeks tweepersoonsspellen. Van de meeste titels verscheen aanvankelijk een Nederlandse editie bij 999 Games, waar de meeste spellen na verloop van tijd weer uit de catalogus verdwenen. White Goblin Games heeft een handvol van deze verdwenen spellen opnieuw uitgegeven, waaronder Babel van Uwe Rosenberg en Hagen Dorgathen. Van laatstgenoemde hebben we na 2000 geen spel meer gezien, Uwe heeft in de loop der jaren de ene na de andere veelspelerhit afgeleverd.

Het speelbord bevat voor iedere speler vijf bouwplaatsen in vijf verschillende kleuren. Hierop bouwen de spelers in de loop van het spel hun tempels. Deze tempels bestaan uit kleine kaartjes met de waardes 1-6. Iedere speler heeft een eigen speelstuk, waarmee hij aangeeft op welke bouwplaats hij actief is. Het spel bevat verder 60 volkenkaarten van vijf verschillende volken in de hiervoor genoemde vijf kleuren. Deze kaarten bepalen jouw actiemogelijkheden.

Een spelerbeurt begint met het trekken van drie volkenkaarten. Vervolgens mag je in de gewenste volgorde een aantal acties uitvoeren. Met uitzondering van migratie mag je elke actie meerdere keren uitvoeren.

Speelstuk verplaatsen
Door het afleggen van een volkenkaart mag je jouw speelstuk naar de bouwplaats met dezelfde kleur verplaatsen. De aanwezigheid van jouw speelfiguur is een vereiste om naast die bouwplaats volkenkaarten aan te leggen, om op de bouwplaats tempelkaarten te bouwen en om daar de speciale eigenschap van een volk te gebruiken.

Volkenkaart neerleggen
Met deze actie leg je een volkenkaart naast een bouwplaats. Aangelegde volkenkaarten spelen een rol bij de tempelbouw en de speciale eigenschap van een volk.

Tempelbouw
Babel is in eerste instantie een bouwspel. Het is de bedoeling om zo snel mogelijk hoge tempels te bouwen. Afhankelijk van de hoogte levert elke tempel je namelijk 1-6 winstpunten op. Bij het bouwen moet je de numerieke volgorde aanhouden. Op een lege plaats begin je met een tempelkaart met de waarde “1”, gevolgd door een kaart met de waarde “2” enzovoort. Je mag een tempel alleen bouwen en verhogen als naast die bouwplaats voldoende bevolking ligt. Het aantal volkenkaarten moet daar minimaal gelijk zijn aan de waarde van de nieuw te bouwen verdieping. Aan het einde van elke beurt moet je twee tempelkaarten van een gedekte stapel trekken en open op de opslagplaats aan jouw kant van het bord neerleggen. Tijdens het bouwen mogen beide spelers telkens de bovenste tempelkaart uit beide opslagplaatsen gebruiken.

Migratie
Met deze actie mag je éénmaal per beurt de laatste drie volkenkaarten van de ene bouwplaats naar een andere verplaatsen. Die kaarten kun je daar bijvoorbeeld inzetten als ondersteuning bij de verhoging van een tempel.

Speciale eigenschap van een volk
De speciale eigenschappen van de volken vertegenwoordigen de gemene kant van Babel. Hiermee kun je leuke trucs uithalen, meestal ten koste van je tegenstander. Ieder volk heeft een speciale eigenschap, die je kunt activeren zodra er drie kaartjes van dat volk achter elkaar bij een bouwplaats liggen. Dit is niet gratis, je moet één van de kaartjes inleveren als betaling voor je snode plan. Met de blauwe Assyriërs sloop je een volledige tempel van je tegenstander. Met de gele Hettieten steel je de bovenste verdieping van de tempel van je tegenstander. Je mag deze op je eigen tempel leggen als je daar voldoende volkenkaartjes hebt liggen. Met de groene Meden stuur je een compleet volk van je tegenstander naar de aflegstapel. Met de rode Soemeriërs laat je de kaarten van zijn laatst liggende volk naar jouw zijde overlopen. Met de grijze Perzen mag je bij de tempelbouw één verdieping overslaan.

Alsof dit nog niet gemeen genoeg is, heeft ieder volk ook een generieke eigenschap: je tegenstander moet de helft van zijn handkaarten op de aflegstapel deponeren. Dit is een nuttige spelregel die voorkomt dat de spelers te veel volkenkaarten sparen en daarmee te lang de kat uit de boom kijken.

Zo wordt er beurtenlang gebouwd en geklierd. Zodra een speler met zijn tempels meer dan 15 punten heeft behaald, nadert het einde van het spel. Als de tegenstander op dat moment 9 of minder punten bezit, is het meteen afgelopen. In het andere geval speel je door tot iemand 20 punten haalt of iemand onder 10 punten zakt.

Ten slotte

Babel is geen constructief bouwspel. De speciale eigenschappen van de volken geven het een destructief karakter. Je moet niet alleen braaf aan je eigen ontwikkeling werken, maar vooral ook je tegenstander bestoken met rotstreken. Door de soms heftige effecten van de volken kan het spel zich verrassend ontwikkelen. Een indrukwekkende voorsprong verdwijnt als sneeuw voor de zon wanneer een gewetenloze tegenstander zich op jouw tempels uitleeft. Babel is grillig en gemeen en bezet daardoor een speciale plaats in deze reeks tweepersoonsspellen. Bij het trekken van de volkenkaarten speelt het geluk uiteraard een rol, maar de geluksfactor is niet hinderlijk. De spelregels zijn duidelijk en overzichtelijk, al is het jammer dat White Goblin Games een vertaler met een matig taalgevoel heeft ingeschakeld. Ik word niet enthousiast van de wollige, slecht geconstrueerde zinnen. Wanneer je geen moeite hebt met een grillige en gemene speelstijl, zorgt Babel vast voor voldoende speelplezier.

Auteurs: Rosenberg & Dorgathen
Uitgever: White Goblin Games
Informatie: BGGBSM
Aantal spelers: 2
Leeftijd: vanaf 12 jaar
Speelduur: 45 minuten