Leo moet naar de kapper

999 Games kwam afgelopen voorjaar met het coöperatieve loop- en geheugenspel ‘Leo moet naar de kapper’ van de Italiaanse spelauteur Leo Colovini. De spelers moeten de langharige leeuw Leo op tijd bij de kapper zien te krijgen. Het speelveld is een spoor van dertig gedekte jungletegels, dat begint bij het bed van onze luie leeuw en eindigt bij de kappersstoel. Op de achterkant van elke jungletegel is één van zes terreinsoorten afgebeeld, op de voorkant vind je één van vijf diersoorten of een wegwijzer. Elke tegel met een dier toont één van vijf kleuren en een tijdstraf van 1-5 uur. Dezelfde vijf kleuren vind je ook terug op de bewegingskaarten (waarde 1-4), die aan het begin onder de spelers worden verdeeld.

De actieve speler speelt één bewegingskaart en verplaatst de leeuw zoveel velden vooruit over het junglepad. De tegel van aankomst wordt omgedraaid. Is het een wegwijzer, dan verliest Leo geen tijd. Is het een dier, maar is de kleur gelijk aan de bewegingskaart, dan verliest Leo ook geen tijd. Is de kleur niet gelijk, dan moet je de klok vooruitzetten met de op de dierkaart afgebeelde tijd.

Leo heeft twaalf uren om de kapper te bereiken. Lukt dit niet, dan moet hij opnieuw beginnen vanaf zijn bed. Dan worden de bewegingskaarten opnieuw geschud en verdeeld en gaat het spel verder. De bezochte jungletegels worden weer omgedraaid naar de gedekte kant, maar voor die tijd moeten de spelers onthouden welke kleuren waar op het junglepad liggen. Dat maakt het immers eenvoudiger om zonder tijdstraf te bewegen. Vanaf de tweede poging komt het coöperatieve element tot zijn recht, dan kunnen de spelers elkaar tips geven, waardoor het spel begint te leven.

De spelers winnen samen wanneer de leeuw op tijd bij de kapper komt. Wanneer dat op de vijfde dag niet is gelukt, verliezen ze samen.

Ten slotte

Leo is voor jonge kinderen een prima coöperatief geheugenspelletje. Beetje onthouden, babbelen, samenwerken en in spanning afwachten wat er onder de volgende tegel zit, deze mix doet zijn werk goed. Het is in theorie mogelijk dat je al in de eerste doorgang door de jungle zwijnt, maar zoveel mazzel komt gelukkig zelden voor. Voor een ouwe olifant als ondergetekende is het basisspel wat te eenvoudig. De twee meegeleverde varianten (je mag alleen communiceren wanneer een papegaai opduikt, en Leo moet eerst nog even stoppen op de laatste jungletegel voor de kappersstoel) maken het wat uitdagender, maar ook dan blijft het met name iets voor kinderen. Daar is niet mis mee. Sterker nog, kinderspellen van deze kwaliteit, zowel qua inhoud als materiaal, zie ik veel liever dan de stompzinnige ‘poep- en piesbagger’ die andere uitgevers tegenwoordig plegen uit te persen. Ook aan de jongste spelertjes is gedacht, er is een variant waarbij je met open kaarten speelt. De Duitse editie van Leo moet naar de kapper won in 2016 de Deutsche Kinderspiele Preis, deze Nederlandse editie was genomineerd voor Speelgoed van het Jaar 2017.

Auteur: Leo Colovini
Uitgever: 999 Games
Informatie: BGGBSMLuding
Aantal spelers: 2-5
Leeftijd: vanaf 6 jaar
Speelduur: ong. 30 minuten